Hoe vergaat het Limburgse filmmakers in deze aparte tijden? Om een vinger aan de pols te houden informeert Limburg Film Office om de zoveel tijd naar actuele projecten bij filmmakers. Ditmaal: filmmaker Marie Lormeau over Le Trajet, een intrigerend verhaal over een troebele moeder-dochter-relatie. Het project kreeg in 2021 steun van het Limburg Film Fonds.

Hoe ontstond het idee?

“De film vertelt het verhaal van een moeilijke moeder-dochter relatie. Ik ben erg close met mijn moeder, tot het punt dat ik haar beschouw als een van mijn beste vrienden. Bovendien is ze een mentor. Helaas was dat niet altijd zo. Als tiener hadden we een paar moeilijke jaren en een hoop tegenslagen waardoor onze relatie gespannen en vol conflicten was. Zoals de meeste tieners was ik nogal op mezelf. Ik realiseerde me niet altijd wat andere mensen om me heen doormaakten. Ik kon heel apathisch en kritisch zijn over mijn moeder, en vond haar inspanningen vaak niet genoeg, terwijl dat, gezien alles wat ze moest doen, het beste was wat ze kon doen. Eind 2020 schreef ik een kleine dialoog, geïnspireerd door een van onze vele autoritten die tot ruzie leidden. Nu ik als volwassene terug kijk en meer ervaring heb, kijk ik naar die tijd vanuit een ander perspectief. Ik realiseerde me dat ik mijn gedrag uit het verleden moest erkennen: al die keren dat ik verkeerd sprak, oneerlijk was, egoïstisch was, alles waarvan ik mijn moeder de schuld gaf, elke slechte beslissing die ik nam, terwijl ze me nog steeds te hulp schoot. Deze film is mijn verontschuldigingsbrief. Ik hoop dat de film als voorbeeld kan dienen voor andere moeders en dochters.”

Waar in het proces zit je?

“We hebben de film in oktober 2021 gedraaid en hadden aan het eind van dat jaar een filmstop. We zijn nu bezig met de laatste stappen van de postproductie – geluidsmix en VFX.”

Wat is de rol van Limburg in het verhaal?

“Limburg was een groot onderdeel van onze productie. We hebben de hele film in de regio opgenomen, waarbij we ook konden profiteren van het platteland, de wegwerkzaamheden en de grensligging van (Belgisch) Limburg. Hoewel niet altijd van Nederlandse afkomst, was 80% van onze crew in Limburg gevestigd. Natuurlijk kregen we enorme financiële steun van de Provincie Limburg en Limburg Film Fonds, maar ook van de lokale filmhub CineSud. CineSud financierde niet alleen een deel van ons budget, maar liet het project ook toe tot een van hun opleidingsprogramma’s, wat de ontwikkeling van de film heeft geholpen tijdens verschillende stappen in de productie (script, montage, distributie). Tenslotte werden Limburgse bedrijven en figuren bij het project betrokken: Ecogeneration in Mechelen faciliteerde onze opnamelocatie. De Vries Transport in Brunssum hielp ons aan een vrachtwagen en een vrachtwagenchauffeur om een van de weinige stunts in het verhaal veilig uit te voeren. Tenslotte heeft de familie Huisman in Heerlen, van de beroemde kunstenaar Aad de Haas, ook hulp geboden, door het faciliteren van catering op de set en accommodatie voor onze crew crewleden uit het buitenland.”

Hoe verliep het schrijfproces?

“Het schrijfproces duurde lang, en het script onderging veel veranderingen voordat het klaar was. De oorspronkelijke versie van het script was 17 pagina’s lang. Ik kreeg al snel te horen dat de onuitgesproken regel bij het schrijven van een script is dat één pagina gelijk is aan één minuut, en dat als ik een film van 8 minuten wilde niet meer dan 8 pagina’s mocht hebben. Ik ging verder met het drastisch inkorten van het script, het schrappen van overbodige stukken, delen van de dialoog die geforceerd aanvoelden, sommige subverhalen die niet nodig waren. Het Shortslab-programma van CineSud heeft echt geholpen om het script te ontleden. Het was een intens proces, want je krijgt veel feedback (ofwel kritiek op je werk), maar op de lange termijn was het erg gunstig voor het script. Omdat de film veel dialoog bevat, moest ik nadenken over welke regels essentieel zijn voor het vertellen van het verhaal, en welke overbodig zijn. Toen dat eenmaal gedaan was, herschreef ik de dialoog om meer subtiliteit in de vorm te brengen; het gesprek moest natuurlijk aanvoelen en niet een uiteenzetting van feiten zijn.”

Hoe heeft corona het proces beïnvloed?

“Ik ben blij dat ik kan zeggen dat corona weinig tot geen invloed heeft gehad op onze productie. Toen ik het project voorlegde aan fondsen heb ik aangegeven dat we vanwege de huidige gezondheidssituatie een kleinere ploeg op de set zouden hebben. Tegen de tijd dat de opnames gepland waren, waren de regels al drastisch versoepeld; ze zouden later weer worden aangescherpt, maar tegen die tijd hadden we al het materiaal al opgenomen. Ondanks de versoepelde regels, koos ik ervoor om mijn team klein te houden, omdat het project uiteindelijk geen grotere ploeg nodig had. De actrices, respectievelijk uit België en Frankrijk, waren in staat om naar ons toe te reizen, uiteraard met inachtneming van voorzorgsmaatregelen. Alle crewleden werd gevraagd zich te testen en zich te melden in geval van besmetting, maar gelukkig was niemand positief.”

Wat zijn de volgende stappen?

“We bereiden een avant-première voor ter gelegenheid van het Euregion Film Festival op 5 maart in Heerlen. Mijn film, evenals andere producties gemaakt in Limburg, zullen worden vertoond tijdens een niet-competitieve privé-vertoning. Daarna starten we met de actieve distributie voor een jaar of twee. Als we klaar zijn met de festivalronde en de film goed wordt ontvangen, ga ik proberen om een vertoning op Franstalige televisiekanalen te regelen, of op streamingsdiensten.”

MORE NEWS